Sterke scholen (schooljaar 22-23/23-24/24-25)
Leerdoel 1: Digitaal, online en blended leren
Wat willen we bereiken ?
We willen een passend en adaptief antwoord op bieden op de vraag hoe DIGITAAL/online leren en
fysiek leren gecombineerd kan worden tot BLENDED LEREN.
Uitleg en achtergrond
Scholen worden vandaag geconfronteerd met een verplichte digitalisering. Maar het afgelopen jaar is
gebleken dat er een enorme kloof gaapt tussen scholen of zelfs individuele leerkrachten binnen één
school wat betreft de digitale kennis en de omgang met en aanpak van digitalisering. Een andere
belangrijke reden is dat de combinatie van online en fysiek leren (= blended leren) helemaal niet
verworven is. Hoe wordt het fysiek leren opgepakt na een periode van online leren? Hoe kunnen
beide vormen geïntegreerd en/of consecutief aangeboden worden? De scholen hebben een stevig
kader nodig om blended leren op een goede didactische en pedagogische manier uit te werken. Het
ontbreekt hen hierbij ook wat aan technische kennis. Het kader zal bij uitstek ook adaptief zijn. De
digitale omgeving en de digitale leermethoden evolueren snel; het project moet handvaten bieden
om deze evolutie op de voet te kunnen volgen en binnen de klaspraktijk te kunnen uitwerken.
Leerdoel 2: Gepersonaliseerd leren
Wat willen we bereiken ?
GEPERSONALISEERD LEREN: scholen en leerkrachten leren diversifiëren, differentiëren en evalueren
in een context van zorg, inclusie en diversiteit
Uitleg en achtergrond
De aanwezige diversiteit, de verplichtingen van de nieuwe onderwijsstructuur, leerplannen en
eindtemen zorgen ervoor dat het onderwijs gedifferentieerd aangeboden moet worden.
Gepersonaliseerd leren is een pedagogische aanpak die de leerlingen in staat stelt om
gemeenschappelijke doelen te bereiken, maar vanuit een eigen tempo of leerweg. Voor scholen is dit
een mogelijkheid om te voldoen aan de strengere eindtermen en in te zetten op de verhoging van de
autonomie en leerbetrokkenheid van de leerling.
In het verleden werd ingezet op binnenklasdifferentiatie wat zeer moeilijk van de grond komt. Het
uitwerken van objectief 2 zal een geïntegreerde aanpak realiseren op het hele spectrum van
gepersonaliseerd leren, te beginnen bij het aanbieden van de leerstof, de variëteit in leerroutes, het
inoefenen van de kennis, het verwerven van de competenties (cfr. taxonomie Bloom) en uiteindelijk
de evaluatie. Hierbij is de context van de school en de individuele noden van de leerling bepalend.
Leerdoel 3: Taalbeleid
Wat willen we bereiken ?
Ontwikkelen van een TAALBELEID om meertalige diversiteit (ANDERSTALIG/TAALZWAK) als kans én
middel te zien om de brede harmonische ontwikkeling van alle leerlingen te stimuleren.
Uitleg en achtergrond
Scholen zijn geconfronteerd met een instroom van anderstalige/meertalige leerlingen. Als de
thuistaal verschilt van de schooltaal kan dit aanleiding geven tot leerachterstand. Verder stellen
proeven (IDP, OESO, peilingsproeven) vast dat het niveau van enkele taalcompetentie ook bij
'allochtone' leerlingen achteruit gaat. Beide factoren vergen een nieuwe aanpak van het
taalonderwijs. Tenslotte heeft de groep OKAN-leraren heel specifieke noden over de aanpak van het
intensief aanleren van Nederlands, maar dikwijls nog meer fundamenteel als het gaat over anders- of
niet-gealfabetiseerde leerlingen. In ons onderwijs wordt talige diversiteit vaak beschouwd als de
grootste risicofactor, terwijl het een hefboom kan zijn. Dit vraagt van het schoolteam een mentale
openheid en een set nieuwe didactische vaardigheden.
Het ontbreekt nu aan tijd en kennis om anderstaligheid of taalzwakheid om te buigen naar een meer
holistische aanpak opdat de leervorderingen groter zouden zijn.
Leerdoel 4: Gedrag
Wat willen we bereiken ?
Het thema GEDRAG wil een breed antwoord bieden om om te gaan met moeilijk gedrag van
leerlingen.
Uitleg en achtergrond
Het gedrag van leerlingen wordt bepaald door verschillende factoren. Scholen worden in
toenemende mate geconfronteerd met moeilijk gedrag wat leidt tot een daling in de effectieve
lestijd. We concentreren ons op die factoren die schooleigen en beïnvloedbaar zijn.
OKAN leerlingen komen soms uit oorlogsgebieden of hebben als vluchteling een lange reis afgelegd.
Deze ervaringen zorgen ervoor dat ze niet altijd reageren zoals wij dat verwachten. Ze stellen dan
gedrag dat gecatalogeerd wordt als storend of niet gepast. Sommigen zijn getraumatiseerd en
vertonen afwijkend/ontwijkend gedrag.
Werken aan gedrag vraagt van het schoolteam een emancipatorische grondhouding. Samen met een
verruiming van het didactisch handelen en nieuwe pedagogische strategieën creëren we een
preventieve en veilige schoolomgeving.